woensdag 10 mei 2023

Laat paddestoelen in je kamer groeien en je hebt een gratis airco

Over schimmels en paddenstoelen leren we steeds nieuwe dingen. Zo hebben wetenschappers bij toeval ontdekt dat schimmels, met name paddestoelen, een ingebouwd airco systeem hebben.  Tijdens de corona crisis waren de onderzoekers bezig met het testen van een nieuwe warmtebeeldcamera. Ze richtten het apparaat onder andere op wilde paddestoelen en ontdekte dat deze allemaal een lagere temperatuur hadden dan hun omgeving. Bij elke opname kleurde het object, de zwam, blauw. Metingen lieten zien dat de schimmels gemiddeld 2,9 graden Celsius  (1,4 - 5,9 graden) kouder waren dan hun omgeving. En dat bij iedere omgevingstempratuur tot (bijna) het vriespunt.


De onderzoekers keken ook naar andere schimmels en vonden dit verschijnsel zelfs bij bakkersgist. Schimmels blijken dus een uniek systeem te hebben om zichzelf te koelen. Ook de soorten die geen bovengronds vruchtlichaam vormen.

Verdamping
Nader onderzoek toonde hoe de paddestoelen dat voor elkaar kregen. Eigenlijk lijkt hun techniek veel op het koelsysteem van bomen: geleidelijke verdamping van water. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij paddestoelen via een rok onder de hoed.

Waarom schimmels het nodig vinden om zichzelf te koelen is en goede vraag die aanleiding is voor vervolgonderzoek. Ondertussen hebben de onderzoekers op hun kantoor met piepschuim, een kleine ventilator en een paar champignons een airco gebouwd waarmee ze kun kantoor duurzaam en goedkoop kunnen koelen.

Deze blog is een voortzetting van het boek Duurzaam groen en welzijn - Gratis voor donateurs van Stichting Groen Weert. (www.groenweert.nl).
Deel dit bericht met je netwerk via onderstaande buttons.

maandag 20 februari 2023

Kun je aan de bodem horen of het bos gezond is?

 Je zit in het bos op een omgevallen boom en luistert naar de zang van vogels, het kloppen van een specht en het ruisen van de wind in de boomtoppen. Of misschien ook wel een huilende wolf in de verte. Heel herkenbaar, toch? Iedere natuurliefhebber maakt dit mee. Zo kennen we het bos. Maar een Australische wetenschapper was daar niet helemaal tevreden mee. Hij ging een stap verder en deed wat aarde in een emmer om er thuis een microfoon in te steken. En jawel, ook daar hoorde hij geluiden.

Foto: Pixabay
Deze bioloog, Jack Robbinson, is verbonden aan de Flinders Universiteit in Australië. Hij ontdekte dat je met een geschikte microfoon in de bosbodem de geluiden kun horen van onder andere knagende wormen, springende springstaartjes en het groeien van wortels.

Om zeker te zijn breidde hij het onderzoek uit en onderzocht met zijn team bodems waar recent de bomen gekapt zijn en in bossen die zich al gedurende vijftig jaar konden ontwikkelen. Om invloed van buiten uit te sluiten namen ze bodemmonsters mee naar het laboratorium om daar in geluiddichte kamers opnieuw metingen te doen. In de grond van herstelde bossen registreerden zij een symfonie aan geluiden, sommige zeer zacht andere veel duidelijker. Dit was een aanwijzing dat de biodiversiteit in de bodem redelijk groot was. Dat was heel anders in de grond van gekapte bossen. Daar was vrijwel niets te horen.

Biodiversiteit beter te monitoren

Dit onderzoek opent perspectieven om het onderzoek naar biodiversiteit in de bodem voort te zetten en uit te breiden, zonder de bodem zelf te verstoren. 

In gezonde bodem is dus een grote biodiversiteit aanwezig. Dat was uit andere onderzoeken al bekend, maar die onderzoeken waren destructief. Bodemmonsters werden uit elkaar gehaald en onder de microscoop onderzocht. Met non-destructief onderzoek door middel van geluid is het gemakkelijker om de biodiversiteit van onder andere bosbodems te monitoren. En ook nog eens goedkoper.

Dus als je binnenkort weer eens een wandeling door het bos maakt, leg dan eens je oor te luisteren in het zachte mos. Misschien gaat er een wereld voor je open.

Deze blog is een voortzetting van het boek Duurzaam groen en welzijn - Gratis voor donateurs van Stichting Groen Weert. (www.groenweert.nl).
Deel dit bericht met je netwerk via onderstaande buttons.

Planten maken geluiden
Een kleine toevoeging. Planten schijnen zelfs (klik)geluiden te maken.
Hier lees je er meer over: https://scientias.nl/klik-klik-planten-blijken-geluid-te-maken-als-ze-het-moeilijk-hebben/ 

maandag 19 december 2022

Kunnen bos en bodem CO2 terugdringen?

Europa en de Verenigde Naties doen er alles aan om ons leefklimaat te behoeden voor verdere verslechtering. Zo wil de EU tegen 2030 50% minder uitstoot van CO2. En moet tegen 2030 ook minstens 30% van het EU grondgebied beschermde natuur zijn om de biodiversiteit te beschermen. Tegen 2050 moet dan de uitstoot door menselijke activiteit tot 0 gereduceerd zijn. Om dat laatste een steuntje in de rug te geven heeft de EU nu besloten om CO2 uitstoot te belasten, zodat de burger ervoor betaalt via de gasrekening en de benzinepomp.

Om koolstof rond 2050 uit atmosfeer te verwijderen gokken de VN op de bijdrage, die de bossen en de bodem (van bossen, moerassen en grasland) aan de koolstofreductie kunnen leveren.

De gedachten achter het inzetten op bos en bodem wordt ingegeven door het besef dat er één sector is, die niet aan de verwachtingen kan voldoen: de landbouw. Bos en bodem kunnen (op papier) tot 10 ton CO2 per hectare opslaan. Jawel, in theorie zou dat kunnen. Maar er wordt dan geen rekening gehouden met zaken als:
  • Stormschade
  • Ziekten
  • Ontbossing voor houtproducten of landbouwarealen
  • Droogte
Die capaciteit van 10 ton is dan ook veel te optimistisch. Bovendien hebben de bij de VN aangesloten landen plannen ingediend die de koolstofvermindering niet kwantificeren. Lekker makkelijk! En daar komt nog eens bij dat de gebruikte rekenmodellen onnauwkeurig zijn. Wetenschappers pleiten dan ook voor strengere maatregelen, dwang en betere rekenmodellen.

Moeder Aarde bestrijdt de meest dominante soorten als een plaag.

Het  verlagen van de CO2 uitstoot is voor alle landen op Aarde van levensbelang. Volgens veel wetenschappers zouden we nu al midden in een grote golf van uitsterven (massa extinctie) zitten. Om de menselijke samenleving in stand te houden is het essentieel om ook de biodiversiteit te beschermen. Maar de mens lijkt er vooralsnog alles aan te doen om de biodiversiteit verder onder druk te zetten. Door te weinig te doen tegen klimaatverandering en door teveel beslag te leggen op de natuur. Het besluit om 30% van ons grondgebied (op land en op zee) tot beschermde natuur  te maken is dan ook hard nodig.

In de geschiedenis van de Aarde hebben natuurrampen herhaaldelijk tot verhoogde CO2 in de atmosfeer geleid, waarna er massaal soorten zijn uitgestorven. De dominante soorten waren toen het meest kwetsbaar. Zo ontdoet moeder natuur zich nu eenmaal van plagen. En op dit moment is de mens op Aarde de meest dominante soort.  En veroorzaken zelf een te hoog koolstofgehalte in de atmosfeer. Wij staan nu dus bovenaan de extinctie lijst.
Het lijkt erop dat we al midden in een (de zesde) extinctiegolf zitten. Onderzoekers laten zien dat de ene soort de andere meeneemt in zijn ondergang. 

Links om of rechts om zullen we moeten zorgen voor een vermindering van de koolstofuitstoot door menselijke activiteit. 0% zullen we nooit halen, maar we moeten ernaar streven daar dicht bij in de buurt te komen. Door de natuur de ruimte te geven, door emissies bij de bron aan te pakken en door technologische oplossingen moet dat lukken. Liefst nog ruim voor 2050, zodat ik het nog kan meemaken. Lukt dat niet, dan is de kans groot dat moeder Aarde zelf begint met een opruimactie tegen homo sapiens. En dat wil ik dan liever niet meemaken.

Deze blog is een voortzetting van het boek Duurzaam groen en welzijn - Gratis voor donateurs van Stichting Groen Weert. (www.groenweert.nl).
Deel dit bericht met je netwerk via onderstaande buttons.

maandag 21 november 2022

Hoe geven planten ervaringen door aan het nageslacht?

 Planten hebben geen brein en daarom is hun geheugen 100% gebaseerd op hun celstructuur, moleculaire en biochemische netwerken. Wetenschappers noemen dat het somatisch geheugen. Hiermee zijn planten in staat veranderingen in hun omgeving te herkennen, zodat ze zich deze veranderingen sneller herkennen als ze zich opnieuw voordoen. Nu is ontdekt dat deze 'kennis' via epigenetica wordt doorgegeven aan het nageslacht. 

Dieren beschikken over meer middelen om ervaringen door te geven aan volgende generaties. Maar planten zijn daarin beperkt omdat ze geen brein hebben, terwijl hun gebondenheid aan een bepaalde plek juist voor extra omgevingsstress kan zorgen. Zeker in deze tijden van snelle klimaatverandering.
Een plantengeneticus aan de Universiteit van Florence vroeg zich daarom af, hoe dat bij planten werkt. Welk mechanisme daarbij in actie komt.

Ook zonder brein kun je een geheugen hebben

Bekende stressfactoren van planten zijn temperatuur, droogte of juist nattigheid, zout, overbemesting, zware metalen en ziekteverwekkers. Op al die factoren moet een plant reageren om zijn voortbestaan veilig te stellen. Maar nu blijkt dat planten deze ervaringen vastleggen in hun geheugen en ook aan volgende generaties kunnen doorgeven. En wel, zonder dat het erfelijk materiaal (DNA) verandert, zodat dat de plant als soort behouden blijft. Het mechanisme hiervoor is epigenetica. 

De volgende stap in hun onderzoek is, dat de wetenschappers nu proberen het epigenetisch alfabet proberen te ontrafelen. Dat kan meer inzicht geven op het functioneren van epigenetica als leerproces.
Zo zie je maar, dat de natuur op alle fronten heel goed in staat is zich aan veranderende omstandigheden aan te passen. Je hebt er zelfs geen hersenen voor nodig.

Deze blog is een voortzetting van het boek Duurzaam groen en welzijn - Gratis voor donateurs van Stichting Groen Weert. (www.groenweert.nl).
Deel dit bericht met je netwerk via onderstaande buttons.

woensdag 9 november 2022

Welk nut heeft biodiversiteit?

 We kennen biodiversiteit ook als "de natuur". Het omvat alle levende organismen op Aarde. Verder dan onze planeet kunnen we vooralsnog niet kijken. En op deze kleine blauwe stip in het universum hebben wetenschappers inmiddels zo'n 2 miljoen soorten (en ondersoorten) onderzocht en beschreven. Dat is minder dan een kwart van alle leven dat er waarschijnlijk met ons mensen de aardbol deelt, bacteriën niet meegerekend. En al dat leven werkt met elkaar samen om het leven op Aarde mogelijk te maken. 

Verontrustend is dat we al decennia constateren dat de biodiversiteit op Aarde achteruit gaat, hard achteruit gaat. Kijk maar eens naar de onderstaande graphic van het Wereld Natuurfonds.

 Ecosysteemdiensten

Al die ruim 8 miljoen soorten werken samen en dragen bij aan het leefbaar houden van de Aarde. En de natuur regelt zelf wanneer het moet ingrijpen als er een soort gaat domineren en een plaag wordt. Althans, zo zou het moeten zijn. Door toedoen van de mens zijn er soorten verdwenen en zijn andere gaan domineren, inclusief de soort Mens.

Voor de mensen is een gezond ecosysteem erg belangrijk. Op die manier draagt de natuur bij aan een evenwichtige manier van voedselproductie, kustbescherming, klimaatregulatie en zelfs het produceren van medicijnen. Wij zijn als mensen geneigd om overal een prijskaartje aan te hangen. We drukken alles om ons heen graag uit in waarden, bij voorkeur in geld. Welnu, ook ecosysteemdiensten kunnen beprijsd worden. Denk bijvoorbeeld aan koraalriffen: € 350.000 per hectare, per jaar. Een groep wetenschappers heeft recent uitgerekend wat de wereldwijde ecosysteemdiensten waard zijn: liefst 145 biljoen Euro per jaar. Gratis! En dat dus berekend voor de ons bekende soorten, wat minder dan een kwart van het totaal is.

Kunnen we dat geld niet beter benutten om de Aarde leefbaar te houden?

Bomen hebben andere ecosysteemdiensten dan micro-organismen en bodemschimmels. Maar beide zijn wel van elkaar afhankelijk. Het bodemleven zorgt ook voor gezonde bodems voor de productie van voedselgewassen. In een gezonde bodem hoeven boeren minder te investeren door kunstmest en gewasbeschermingschemicaliën toe te voegen. Betere opbrengsten, gezondere gewassen, minder kosten. En dat allemaal gratis geleverd door moeder natuur. Je moet als boer wel die stap willen maken.

Achteruitgang 

Als één soort verdwijnt zullen er andere volgen. De ene soort is namelijk afhankelijk van ander(e). Zo ontstaat een domino-effect, dat steeds sneller gaat. Dat zien we nu dus gebeuren. Oorzaken zijn de toenemende mensenmassa, de klimaatverandering, introductie van invasieve soorten, ontbossing verontreiniging van zeeën en oceanen en overbevissing. Niet toevallig dat de meeste problemen door de mensen veroorzaakt worden. Wij staan niet boven de natuur, we zijn een onderdeel van de biodiversiteit en net als alle andere soorten is ons voortbestaan afhankelijk van andere soorten. Soorten die in rap tempo verdwijnen. En daarmee is ook het voortbestaan van de mens in gedrang.

Wij mensen zijn gewend om veel voorkomende problemen met technologie op te lossen. De ironie wil, dat onze wetenschappers al druk zijn met het verkennen van het universum waar we naartoe kunnen verhuizen om als soort verder te leven. Dat kost gigantisch veel geld zonder dat we garanties hebben, dat er überhaupt een geschikte planeet binnen bereik bestaat.
Kunnen we dat geld niet beter benutten om onze Aardbol leefbaar te houden?

Deze blog is een voortzetting van het boek Duurzaam groen en welzijn - Gratis voor donateurs van Stichting Groen Weert. (www.groenweert.nl).
Deel dit bericht met je netwerk via onderstaande buttons.

maandag 10 oktober 2022

Waarom jonge bomen vaker afsterven

Met een onderzoek in bossen van Canada en de VS willen onderzoekers aantonen dat jonge bomen in gemengde bossen vaak afsterven. Veel vaker (4% tegenover 0,6%) dan in homogene productiebossen. Dit lijkt op een pleidooi voor bosbouw met vooral plantages van dezelfde soort en leeftijd van bomen. Duits bedrijfseconomisch onderzoek heeft trouwens al eerder aangetoond, dat zulke bossen slecht presteren weinig rendabel zijn en dat de ondernemers (onder de streep) alleen overeind blijven dankzij forse subsidies. Wat is er aan de hand?

Foto Pixabay. Jonge esdoorn.
Een divers bos is over het algemeen gezonder dan monotone productiebossen. Zeker als die productiebossen bestaan uit soorten die ter plekke niet goed gedijen, zoals het geval is met de massaplantages van sparren in Midden-Europa.
Ecologen en natuur inclusieve bosbouwers pleiten dan ook al langer voor de aanplant van divers bos. Deze is minder vatbaar voor ziekten en voor de gevolgen van klimaatverandering. Maar Canadese onderzoekers beweren nu dat in een divers bos de sterfte onder zaailingen tot zeven keer hoger is dan in monotone productiebossen.

Eigenlijk is dat niet zo vreemd. Er spelen hier een aantal zaken die deze sterfte in de hand werken.
  • In productiebossen worden na kaalkap (in Canada en de VS normale business) nieuwe bomen geplant. Deze jonge boompjes zijn niet afkomstig van moederbomen uit datzelfde gebied, ze zijn opgekweekt in boomkwekerijen in andere delen van het land.

  • Als jonge boompjes bij de moederboom ontkiemen en opgroeien worden ze door middel van wortelknopen en de samenwerking met bodemschimmels (mycorrhiza) door de moederboom gevoed. Ze zijn namelijk niet in staat met eigen fotosynthese voldoende te groeien omdat ze in de schaduw staan van de omringende grotere bomen. Bovendien kunnen ze nog moeilijk aan water komen. Deze boompjes groeien langzaam, totdat er een gat in de kronen valt en de zaailingen voldoende licht krijgen. Dan groeien ze snel naar het licht toe. Ze worden groot en sterk en kunnen heel oud worden. Dit proces werd al eerder door Canadese onderzoekers in Québec ontdekt en inmiddels meermaals bevestigd, onder andere door Zwitserse wetenschappers.

    Bomen zijn sociale wezens, maar in een productiebos leven ze als eenlingen.

    Dit natuurlijke proces is voor bosbouwers natuurlijk veel te traag.

  • Als nieuw bos wordt aangeplant met zaailingen uit een boomkwekerij worden die bomen expres dicht bij elkaar geplant. Bosbouwers hopen zo bomen met rechte stammen te krijgen. Die zijn bij zagerijen het meest geliefd en leveren dus meer geld op. Dat de bomen in een stevige onderlinge concurrentie opgroeien neemt men dan op de koop toe. Sterfte is al ingecalculeerd.

  • In een divers bos heb je van nature snelle en langzame groeiers. De langzame groeiers zullen het van de snelle jongens verliezen. Dat deze bomen dan afsterven is op zich niet erg, want dit proces verrijkt ook de bosbodem en de biodiversiteit in het bos.

  • Bomen die in een boomkwekerij opgroeien worden vaker verplant en kort gehouden om ze beter naar hun standplaats te kunnen vervoeren. Een natuurlijke wortelkluit zou veel te zwaar zijn en zaailingen kunnen vaak in de rustperiode zonder nadelige gevolgen van aarde worden ontdaan. Dat is nog gemakkelijker te vervoeren.
    Maar kwekerijbomen leren niet hoe ze een verbond met de bodemschimmels of soortgenoten moeten sluiten. Ook al staan ze met een kluitje bij elkaar, ze groeien op als eenlingen. Alleen toevallig contact met wortels van soortgenoten kan tot wortelknopen leiden en uiteindelijk zal er een vorm van samenwerking ontstaan. Als de naaste buur echter een ander soort boom is, zal dit ook onder de grond tot concurrentie leiden en niet tot samenwerking. Dat kan alleen nog door de inzet van de mycorrhiza tot stand komen.
Tradities
De Duitse boswachter Peter Wohlleben heeft tijdens een excursie in een Canadees bos al eens gepleit voor selectief kappen. Haal alleen de grotere kaprijpe bomen er uit, was zijn advies. Dan behoud je een natuurlijk bos dat zichzelf verjongd en dat hout van betere kwaliteit oplevert. 
Maar dat advies viel slecht bij de lokale bosbouwers. Zij zijn opgegroeid met totale kaalkap en hun bedrijfssystemen en materieel zijn daarop ingericht. Selectieve kap werd resoluut van de hand gewezen. Maar tegelijk bleven ze klagen over de hoge uitval en slechte kwaliteit van het hout. Een natuurlijke en goedkope manier van bosbouw werd ze door Peter Wohlleben op een presenteerblaadje aangereikt. Maar bedrijfseconomische motieven en tradities weerhield de Canadese bosbouwers van de stappen die tot een gezonder bos, beter hout en hogere bedrijfsresultaten zouden leiden. En dus blijven ze klagen.
Ik snap het wel: ze hebben in dure harvesters geïnvesteerd en voordat er iets verandert, moeten eerst die kostbare machines terugverdiend zijn. En dat kan nog lang duren bij hoge uitval en slechte kwaliteit. 

Deze blog is een voortzetting van het boek Duurzaam groen en welzijn - Gratis voor donateurs van Stichting Groen Weert. (www.groenweert.nl).
Deel dit bericht met je netwerk via onderstaande buttons.

dinsdag 19 juli 2022

Waarom je ecosysteemdiensten niet alleen in geld uitdrukt

 Wat bepaalt de waarde van de natuur, en meer speciaal de bomen, om ons heen? Beleidsmakers houden traditioneel alleen rekening met economische waarden. Maar er zijn meer factoren die de natuur, de bomen een bepaalde waarde toekennen. Naast economische waarden zijn er ook culturele, historische en natuurlijke waarden. En ook mentale waarden, die mensen een identiteit bieden of rust in hun hoofd. En vergeet niet de waarden met betrekking tot biodiversiteit. OK, die zijn dan voor een deel ook in geld uit te drukken...voor een deel! Ook natuurlijke en esthetische waarden.


Persoonlijk ben ik een aanhanger van ecosysteemdiensten op basis van economische waarden. Vooral omdat ik merkte dat dit bij onderhandelingen met (lokale) beleidsmakers nuttig was. Dat een boom vooral mooi was, kon op het gemeentehuis geen genade vinden als de boom op een kaplijst stond. Maar wat hij aan geld op de gemeentelijke begroting kon uitsparen door zijn ecosysteemdiensten, maakte (soms) wel indruk.
Hierboven een fragment uit het door mijzelf ontwikkelde rekenmodel, op basis van de algoritmen van i-Tree en TEEB-stad (RIVM).

Niet alleen economische waarden zijn van belang

Toch pleiten onderzoekers van het IPBES (Intergovernmental Science-Policy Platform on Biodiversity and Ecosystem Services) voor een bredere aanpak. Ecosysteemdiensten van de natuur (en bomen) zijn er namelijk niet alleen ten gunste van de mens. En ook voor mensen zijn niet alleen economische waarden belangrijk.

Ook de esthetische rol van de natuur in het landschap speelt een voorname rol. Net als biodiversiteit, want een afname van de biodiversiteit maakt ook de mensen kwetsbaar en voorspelt een wankele toekomst. Als je alleen naar de economische waarden kijkt, kan het zomaar gebeuren dat agrarische en industriële belangen zwaarder wegen. Door daaraan toe te geven, zet je het leven van dieren (en mensen, of een menswaardig bestaan) en planten op het spel. Dat alles ten gunste van een paar aandeelhouders.

De trouwe lezers van deze BLOG snappen wel, dat ik iets met bomen heb. In dit artikel pleit ik echter voor een bredere kijk op de natuur. Want ook bomen gedijen bij een rijke biodiversiteit. Voor bomen is het belangrijk dat er soortgenoten in de buurt leven, dat er voldoende mycorrhiza en bodemdiertjes in de grond leven. Dat de bodem- en luchtkwaliteit in balans is. Dat er voldoende insecten rondvliegen en -kruipen die voor bestuiving zorgen, maar ook plagen te lijf gaan. Dat er voldoende ondergroei is, die de bodem helpt vochtig te houden en de aanwezigheid van al die nuttige insecten en bodemschimmels te bevorderen. Alles hangt met alles samen in de natuur. Dat vergeten mensen (beleidsmakers zijn ook maar mensen) vaak.

Deze blog is een voortzetting van het boek Duurzaam groen en welzijn - Gratis voor donateurs van Stichting Groen Weert. (www.groenweert.nl).
Deel dit bericht met je netwerk via onderstaande buttons.