dinsdag 9 januari 2018

Waarom moet Nederland de wereld voeden?

Dat de agrarische sector in Nederland op een heel hoog niveau staat is in de hele wereld bekend. Onze boeren en tuinders produceren topkwaliteit, ook al vinden sommige Duitsers dat onze tomaten "Wasserbomben" zijn, op de schaars beschikbare grond wordt een hoog rendement gecombineerd met uitstekende producten. Je zou zeggen dat het onze boeren dan voor de wind moet gaan. En ja, er is momenteel wel wat verbetering, maar het is nog lang niet wat men zou willen. Hoe komt dat?
Uit de Atlas Leefomgeving (RIVM) 8 januari 2018

En hoe leidt onder andere agrarische activiteit tot zoveel luchtvervuiling?
(zie de kaart hiernaast)

Veel boeren gebruiken hun uitstekende kennis om op grote schaal monoculturen te verbouwen. Dan heb je lage kosten en hoge opbrengsten. Denkt men...! Het gevolg is overproductie en een grotere kwetsbaarheid. Waarom krijgen de boeren voor hun uien zo weinig geld? Simpel, omdat ze allen tegelijk en masse hetzelfde product oogsten en op de markt brengen. Dat drukt de prijs. Een simpele economische wet. Schaarste zorgt voor hogere prijzen. Maar daar durven veel boeren niet aan. Ze kiezen vaak voor harder werken en meer produceren.

Wie die stap wel maakt en producten levert met een eigen uniek karakter, ervaart dat er meer mee verdiend wordt. Boeren die zich richten op de productie van bijvoorbeeld streekproducten verdienen meer met minder producten. Voorbeeld: Door streekeigen kaas te maken in coöperatief verband kun je met minder koeien meer geld verdienen. En de natuur wordt minder belast met stikstoffen, CO2 en fijnstof. Ze bedienen de markt met een uniek en waardevol product voor de lokale bevolking en (eventueel) toeristen. Dit is ook wat consumenten en supermarkten vragen.

Bemesting
Biologisch geschoolde boeren en tuinders weten, dat voor een goede opbrengst het niet nodig is om veel mest op het land te brengen. En zeker geen kunstmest. Waar dat wel gebeurt is de grond dood. Er is geen bodemleven, laat staan een natuurlijk evenwicht. In de producten ontbreken typische en noodzakelijke voedingsstoffen, simpel omdat die ook in de grond ontbreken. De groente  die je nu in de supermarkt koopt bevatten minder voedzame stoffen dan er eigenlijk in horen te zitten.

Om de bodem weer in evenwicht te brengen is het belangrijk om de natuur op en rondom het perceel op orde te brengen. Het natuurlijk evenwicht te herstellen. Dan helpt de natuur de boer en tuinder om een goede opbrengst te behalen. En de natuur doet dat gratis.

Veeteelt
Een ander discussiepunt is de intensieve veehouderij in ons land. Ook hier is sprake van monoculturen die de bedrijfsvoering extra kwetsbaar maken. Daarnaast is de mestproductie een groot probleem. Waarheen daarmee? Juist, op het land. En die overvloed aan mest doodt het bodemleven, waardoor er nog meer mest en chemie nodig is om een redelijk opbrengst van het land te halen. De enige die rijk worden van deze manier van veeteelt zijn de dierenartsen en de chemische bedrijven. De boeren zitten in de tang, zijn afhankelijk en moeten betalen terwijl de marges toch al zo krap zijn.
Waarom moet Nederland heel de wereld van varkensvlees en eieren voorzien?  Is het niet verstandiger om voedsel lokaal te produceren en de boeren daar ook een kans te bieden om een redelijke boterham te verdienen?

Schaalverkleining leidt tot betere prijzen, minder mest en
minder vervuiling.

Schaalverkleining in de veeteelt leidt tot betere prijzen. Nederland moet dan niet op grote schaal uit goedkope landen importeren. Dat is het probleem verschuiven en voor de Nederlandse boeren reden om toch op schaalvergroting te blijven inzetten. Schaalverkleining leidt ook tot minder mest en minder lucht- en watervervuiling.

Export
En hoe zit het dan met export? Dat is toch de motor van onze economie en daar dragen ook de boeren een belangrijk steentje aan bij. Schaalverkleining in de landbouw hoeft de export niet te schaden. Gewoon een kwestie van slimme marketing. De volume neemt wel af, maar met unieke en kwalitatief hoogstaande landbouwproducten kan Nederland er nog even veel aan verdienen. Misschien wel méér.

Wetenschappers benadrukken dat de hele Nederlandse landbouw op de schop moet. Hoe het beter kan, dat weten ze al. Op de Wageningen Universiteit zijn ze daar al een tijdje mee bezig. En een handje vol agrarische ondernemers durft de handschoen op te pakken, vooral in het buitenland. Het is alleen nog wachten op de boeren die durven innoveren en via kleinschaligere producten niet alleen goed werk doen voor de natuur, maar vooral ook voor hun eigen portemonnee. Dat kwartje is nog niet overal gevallen.

Deze blog is een voortzetting van het boek Duurzaam groen en welzijn
Blijf op de hoogte en abonneer je op updates door rechtsboven je e-mailadres in te vullen.
Deel dit bericht met je netwerk via onderstaande buttons.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten